"Minister heeft verantwoordelijkheid voor zedendelinquenten in buitenland"
De Nationaal Rapporteur roept de Minister van Veiligheid en Justitie op om zich verantwoordelijk te voelen voor Nederlandse zedendelinquenten die (na hun detentie) naar landen vertrekken waarvan bekend is dat daar kindersekstoerisme voorkomt. Dit schrijft zij in een brief in reactie op het concept-wetsvoorstel van de minister ter implementatie van de Europese richtlijn ter bestrijding van seksueel misbruik, seksuele uitbuiting van kinderen en kinderpornografie.
Niet alleen in Nederland
Er is regelmatig aandacht voor de plaats waar zedendelinquenten na hun straf in Nederland gaan wonen, zoals in het geval van de veroordeelde pedoseksueel Sytze van der V. De bescherming van kinderen tegen seksueel geweld houdt echter niet op bij de grens. De minister moet ook zijn verantwoordelijkheid nemen wanneer zedendelinquenten zich willen vestigen in landen die bekend staan als bestemmingen voor kindersekstoerisme, aldus de Nationaal Rapporteur. Dit kan door deze landen te informeren als er indicatie bestaat dat een zedendelinquent in een van die landen wil gaan wonen. Belangrijk is ook om een strafdossier te delen met deze landen als bekend wordt dat een dergelijke zedendelinquent in het buitenland betrokken is in een zedenzaak. Nu doet Nederland dat alleen nog op verzoek van die landen. Volgens de Nationaal Rapporteur past het Nederland om het delen van deze informatie ook op eigen initiatief aan te bieden. De noodzaak hiervan wordt aangetoond door de zaak tegen de Nederlander Bas R. in Cambodja. Hij werd eerder in Nederland veroordeeld voor seksueel misbruik van een minderjarige jongen en vertrok na zijn straf naar Cambodja. Daar wordt hij nu verdacht van het misbruiken van weeskinderen die bij hem in huis woonden.
De brief die de Nationaal Rapporteur aan de minister zond is hieronder te downloaden.