Grotere rol zorgverleners bij aanpak mensenhandel
De Amerikaanse mensenhandelambassadeur, Luis CdeBaca, roept gezondheidsinstanties wereldwijd op hun bijdrage te leveren aan de aanpak van mensenhandel. Zorgverleners moeten getraind worden in het herkennen van signalen van mensenhandel en weten wat te doen als zij in aanraking komen met mogelijke slachtoffers. In Nederland zijn al meerdere projecten opgezet om huisartsen, ziekenhuispersoneel en andere zorgverleners te betrekken bij de aanpak van mensenhandel. De meeste winst valt volgens de Nationaal rapporteur nog te behalen in de samenwerking van gezondheidsinstanties met de politie en het openbaar ministerie.
Zorgverleners spelen een rol in het herkennen van slachtoffers van mensenhandel en in hun lichamelijk en geestelijk herstel. In trainingen aan zorgverleners moeten de signalering van slachtoffers, interviewtechnieken en de omgang met slachtoffers centraal staan. Ambassadeur CdeBaca doet de oproep in Global Health: Science and Practice.
In Nederland is de afgelopen jaren het besef gegroeid dat zorgprofessionals een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de aanpak van zowel seksuele uitbuiting als uitbuiting buiten de seksindustrie. Veel slachtoffers van mensenhandel krijgen te maken met fysiek en mentaal geweld en worden bijvoorbeeld gedwongen veel uren te werken, (onbeschermde) seks te hebben of een abortus te ondergaan. Het ligt daarom voor de hand dat slachtoffers op enig moment tijdens hun uitbuiting in contact komen met gezondheidsinstanties. Denk hierbij aan ziekenhuizen, huisartsen en tandartsen.
Europees project
De afgelopen jaren zijn de eerste stappen gezet om gezondheidsinstanties, waaronder Nederlandse, te betrekken bij de aanpak van mensenhandel. Het verbinden van opsporingsdiensten en gezondheidsinstanties, zoals ziekenhuizen, huisartsen en andere artsen, was het doel van een Europees project onder leiding van de Belgische opvanginstelling Payoke. Niet alleen signalering door de medische beroepsgroepen stond in het project centraal, ook werd gekeken hoe zij in een later stadium bij kunnen dragen aan de bescherming van het slachtoffer en de aanpak van mensenhandel, bijvoorbeeld in het strafproces. De Nationaal Rapporteur was partner bij het project, waarvan de resultaten in maart 2014 werden gepresenteerd.
In aansluiting op dit project zijn de Universiteit van Antwerpen en Payoke in november 2013 gestart met een groot onderzoeksproject rondom mensenhandel. Doel van het onderzoek is om een medisch 'focal point' te creëren voor artsen als het gaat om mensenhandel. De Nationaal rapporteur neemt als expert aan dit project deel.
Handreiking voor werknemers in de gezondheidszorg
SOA Aids Nederland ontwikkelde een handreiking voor werknemers in de gezondheidszorg. Doel van het project is gezondheidswerkers die in contact (kunnen) komen met slachtoffers van mensenhandel kennis en ondersteuning te bieden; zo beschrijft de handreiking de wettelijke kaders en biedt ondersteuning bij het op zorgvuldige wijze zetten van de stappen die er toe moeten leiden dat hulp wordt geboden aan het (vermoedelijke) slachtoffer en de mensenhandelsituatie wordt gestopt.
Nationaal Verwijsmechanisme
In oktober 2013 is een interdepartementale werkgroep van de ministeries van VenJ, SZW en VWS gestart met de ontwikkeling van een nationaal verwijsmechanisme voor slachtoffers van mensenhandel. In de Negende rapportage beschrijft de Nationaal rapporteur dit verwijsmechanisme als een alomvattend, bindend kader waarin de taken en verantwoordelijkheden van de verschillende organisaties zijn vastgelegd. De vraag die centraal staat is: ‘wie doet wat voor slachtoffers van mensenhandel?’ Bij de ontwikkeling van het verwijsmechanisme worden ook de zorgsector en de hierboven beschreven projecten meegenomen. Zie voor meer informatie over het Nationaal verwijsmechanisme ook de reactie van de Nationaal rapporteur mensenhandel op het Amerikaanse Trafficking in Persons-rapport en het rapport van GRETA (de Group of Experts on Action against Trafficking in Human Beings van de Raad van Europa).
Tot slot
Op Europees en nationaal niveau zijn de afgelopen jaren, in lijn met de oproep van CdBaca van 7 juli 2014, de eerste stappen gezet om de zorgverleners te betrekken bij de aanpak van mensenhandel. De Nationaal rapporteur juicht deze ontwikkeling toe. De volgende stap in een effectieve aanpak van mensenhandel is het tot stand brengen van samenwerking tussen de gezondheidsinstanties en de opsporing. Het verbeteren daarvan is een belangrijke uitdaging voor de toekomst. Zie voor meer informatie over het belang van samenwerking tussen de opsporing en de gezondheidsinstanties ook het rapport ‘Mensenhandel. Effectieve aanpak op gemeentelijke niveau’ en de reactie van de Nationaal Rapporteur op het ‘vooronderzoek oneigenlijk gebruik van de verblijfsregeling mensenhandel’.